-
Herman Beunk
- Top 2019:
-
Net als in 2018 heb ik een Italiaanse nummer één. Sterker nog: mijn hele top 3 is Italiaans! Ik kan er niet om heen: ik vind dat de jonge generatie bands ons al weer wat jaartjes verblijdt met een vitale variant op RPI (Rock Progressivo Italiano), die zo opwindend klinkt dat die zich keer op keer opdringt aan mijn CD-speler. FEM (Forza Elettromotrice) bracht ons al helemaal aan het begin van het jaar "Mutazione". Dit tweede volledige FEM-album laat een fantastische nieuwe zanger horen. Deze Alessandro Graziano heeft soepele, wendbare tenor. Warm, helder, doorvoeld en technisch volmaakt - super-Italiaans, maar niet te theatraal. Voor de rest is de bezetting gelijk gebleven, wat weer veel prachtig spel op elektrische gitaar en 'vintage' klinkende toetsen garandeerd. Toch is er nog één opmerkelijke toevoeging aan de vaste bezetting: Pietro Bertoni - op het debuut al even te gast - die zowel trompet, trombone, eufonium als metallofoon bespeelt. In zijn eentje zorgt hij dus voor blazersarrangementen, die diverse composities extra vol laten klinken.
Website: http://www.femprogband.it/.
Ik ben niet de enige buiten Italië die kickt op jonge progbands uit dat land. Hier ter redactie zijn er al wel meer te vinden, maar ook in Groot-Brittannië. IQ- en GEP-baas Michael Holmes kreeg het uit Pisa afkomstige Eveline's Dust in de peiling. Als resultaat verschijnt het tweede volwaardige album van de Italianen via die Britse U-bocht. Waar overigens veel generatiegenoten zich bedienen van de moedertaal, kiest Eveline's Dust toch liever het Engels en doet dat behoorlijk accentloos. Maar waar je vooral vanaf de eerste maat voor valt is de onbegrensd lijkende muzikaliteit van het kwartet. Ondanks enkele sterke toetsen- en gitaarsolo's wordt er overigens nooit vervallen in 'showing off', maar aan de verrassende wendingen, de fraseringen en timing en de energie die de muziek dientengevolge uitstraalt, hoor je constant de klasse af. En de composities zijn van dusdanige aard dat ze spannend zijn én pakkend, waardoor je blijft luisteren en je je daarbij nooit gaat vervelen.
Website: https://www.evelinesdust.com/ .
De derde en laatste Italiaanse groep in mijn lijstje consolideert op album nummer zes de vorm van de sterke en succesvolle voorganger "Detachment". Zelfs de bezetting is op “Seven Seas”identiek, bepaald niet vanzelfsprekend voor de band rond onbetwist leider Luca Zabbini. Dit betekent dat deze componist/toetsenist opnieuw de leadvocalen deelt met de nu als vast bandlid opgevoerde Alex Mari. Bijzondere vocale gast is Durga McBroom, die o.a. "Great Gig In The Sky"-achtige woordeloze vocalen leent aan slotnummer "The Ones", over een piano-akkoordenreeks die ook duidelijk knipoogt naar die van Richard Wright in het Pink Floyd-origineel. Andere songs, waaronder het titelstuk, laten een iets heavier bandsound horen. Op andere momenten, vooral in de 'single' "I Call Your Name" experimenteren Zabbini en co. met groots klinkende meerlagige zangpartijen. Met 11 composities, waaronder drie van rond de 10 minuten, is "Seven Seas" net als "Detachment" weer een flinke muzikale kluif op een bijna tot de rand gevulde CD, maar wel een toegankelijke en welluidende.
Website: http://www.barockproject.net/.
Met het oorlogstriolgie-slotdeel “Seed” krijgt Freedom To Glide het voor elkaar om een loodzwaar onderwerp te gieten in bijzonder welluidende songs. Die blijken los van elkaar kunstig afgewerkte composities met sterke zanglijnen en vooral ook prachtig gitaarwerk. Samen vormen ze een krachtig geheel, waarbij muzikale verwijzingen over en weer bijdragen aan de strakke spanningsboog. Hoewel Freedom To Glide ondertussen allang de voor de hand liggende Pink Floyd-referenties ontstijgt, zouden de vele fans van die populaire groep eigenlijk allemaal ook “Seed” moeten horen.
Websites:
http://www.freedomtoglide.com
https://www.facebook.com/FreedomToGlide/ .
De uitgaven van het label Apollon Records ademen vaak de sfeer van de jaren zeventig, zónder dat de muziek bedaagd aandoet. De makers blijken dan ook vaak fris en jong. Niet anders is het bij Trojka uit het kunstzinnige Bergen. De Noorse stad welteverstaan. Trojka maakt speelse muziek waarbinnen proggy sferen en jazzy ritmes aangenaam verweven zijn. Daarbij gebruikt toetsenist veel elektrische piano en analoge synthesizers. De Canterbury Scene is dan ook een voor de hand liggende referentie. De Moog-solo's zijn soms zo virtuoos gespeeld en precies getimed, dat de stijl van Happy The Mans Kit Watkins in herinnering gebracht wordt.
Website: https://trojkabergen.bandcamp.com/music
Op "Foreign Land" geeft The Far Meadow opnieuw een krachtige draai aan klassieke progressieve rock, die door dat pittige karakter geen moment gedateerd klinkt. Het feit dat alle musici én zangeres Marguerita Alexandrou veel in hun mars hebben maakt samen met de uitstekende productie het luistergenot alleen maar groter. Dit tweede échte album (de Britten hebben via hun Bandcamp-kanaal ook nog wat vroeg materiaal tot online-album bijeen gebracht) gaat voortvarend van start op een aan ELP's "Tarkus" herinnerende wijze met "Travelogue": een wervelende 'epic' van dik 18 minuten. Het titelstuk van 11 minuten sluit "Foreign Land" niet minder imponerend af. Voorganger "Given The Impossible" mocht er al zijn, "Foreign Land" heeft een ronduit verslavende uitwerking!
Websites:
https://thefarmeadow.bandcamp.com/
https://www.facebook.com/thefarmeadow/ .
De opvallende samenwerking “In Amazonia” ontstond uit een goed bevallen gastoptreden van Peter Hammill tijdens een editie van de jaarlijks door Isildurs Bane georganiseerde IB Expo. Zowel Hammill als Isildurs Bane staan er beiden op hun eigen manier om bekend dat ze muziek produceren die zich niet zomaar voor je gewonnen geeft. Voor de combi geldt dit wellicht zelfs in verhevigde mate. De muziek verspringt nogal eens van karakter, van warm, kleurrijk en grotendeels akoestisch - met flink wat schakeringen - naar bars, grimmig en elektronisch. De momenten dat Hammill een langere melodieuze zanglijn over dit muzikale materiaal drapeert zijn schaars. Vaker zijn het kortere, meer gescandeerde frases. Zeker de eerste vier composities zijn enerverende en expressieve brokken, waarop je een tijd moet kauwen eer de schoonheid zich openbaart. Na stug doorluisteren laat dit intrigerende geluidskunstwerk zich steeds meer voor je winnen.
Websites:
https://www.isildurs-bane.se/
http://sofasound.com/ .
Het was jammer dat de Happy The Man-reünie in 2004 beperkt bleef tot slechts één album. Bijzonder opgetogen waren we over het feit dat in de muziek van de afgeleide bands Pedal Giant Animals en Oblivion Sun zoveel van die typische HTM-kenmerken waren te vinden. Die composities vol caroussel-figuren, die dartele analoge toetsensolo's, de vernuftige ritmiek... Helemaal in onze sas waren we alweer een half decennium geleden met de aankondiging dat toetsenist/componist Frank Wyatt een album vol nieuwe muziek wilde creëren met hulp van zoveel mogelijk HTM-alumni. De eerste helft van het nu uiteindelijk verschenen “Zeitgeist” is precies dát, klinkt zeer herkenbaar en voelt als een muzikaal thuiskomen. Verrassenderwijs ruimt Wyatt de tweede helft in voor een heuse meerdelige klassieke compositie, uitgevoerd met moderne synthesizertechneik. Wat ons betreft refereert het resultaat daarom sterk aan het beste werk van The Enid. Resultaat is een zeer luisterwaardig album met twee gezichten.
Website: https://frankwyattmusic.com .
Ik ben niet alleen liefhebber van archetypische progrock. Artpop, sfeerpop en wat voor naam je een vindingrijke kruising van New Wave, progressieve pop, ambient en andere vormen van in songs gegoten geluidskunst wilt geven, hebben mijn warme interesse. Vooral als je hoort dat de musici hun instrument op topniveau beheersen, maar hun spel in dienst van de song of de sfeer leggen. Je hoort dat bijvoorbeeld terug bij Japan, de soloprojecten van de leden, de vele afgeleide samenwerkingen en de navolgers in groepen als No-Man. GRICE hoort ook in dit rijtje. "One Thousand Birds" is het derde 'full length' album van de Britse multi-instrumentalist/zanger/producer Jim 'Grice' Peters. Opnieuw doet Peters veel zelf, maar krijgt hij wederom hulp van een handvol prominente virtuoze vrienden. Zo horen we bijdragen van o.a. violist Steve Bingham (No-Man) en geluidentovenaar Richard Barbieri (Japan, Porcupine Tree) en trompettist Luca Calabrese (o.a. Isildurs Bane). We horen ambient-getint stukken met veel ademruimte, maar stiekem ook zeer veel kleurrijke details. Maar ook de wat steviger, songmatige vocale stukken laten horen dat GRICE opnieuw uitblinkt in arrangeervernuft.
Websites:
www.gricemusic.co.uk
www.facebook.com/Gricemusic .
Het is me wat, die tombola waarin The Enid terecht kwam na het vertrek van de charismatische zanger Joe Payne. Met hem had de groep een succesvolle periode achter de rug, maar een deel van de oude fans morde dat de vertrouwde The Enid-sound teveel naar de achtergrond was verdrongen ten faveure van een songmatige aanpak met teveel vocalen. Die oude fans kunnen opgelucht ademhalen. De tot een harde kern van twee man ingekrompen band (gitarist Jason Ducker en toetsenist/oprichter Robert John Godfrey) brengt met “U” een album in de stijl van het vroegste The Enid-werk. Instrumentale, übersymfonische muziek dus, vol dartel pianospel, glorieuze orkerstraties en melodieuze gitaarlijnen. Originele drummer Dave Storey mag dan officieel geen bandlid meer zijn: zijn kenmerkende spel (ook op pauken) geeft extra sjeu aan het muzikale spectrum en hij bewijst zo zijn onmisbaarheid. De productie (toegeschreven aan Ducker, maar ongetwijfeld met hulp van vaste studiotechnicus en gewezen The Enid-lid Max Read) klinkt zoals altijd bij The Enid grandioos en laat de gelaagdheid van de arrangementen uitstekend tot hun recht komen. Zeker ook in de lage registers: een element waar The Enid wint op Frank Wyatts The Enid-getinte werk (zie nummer 8).
Website: https://www.theenid.co.uk/ .
De nét niet Top 10:
11. Opeth – In Cauda Venenum (Nuclear Blast)
12. The Samurai Of Prog – Toki No Kaze (Seacrest Oy)
13. Rhys Marsh – October After All (Karisma Records)
14. Eloy – The Vision, The Sword And The Pyre - Part 2 (Artist Station Records)
15. Big Big Train – Grand Tour (English Electric Recordings)
16. Steve Hackett – At The Edge Of Light (InsideOut)
17. Bruce Soord – All This Will Be Yours (Kscope)
18. BrightEye Brison – V (Bad Elephant Music)
19. Thieves' Kitchen – Genius Loci (eigen beheer)
20. IZZ – Don't Panic (Doone Records)
Zoals altijd was het weer erg lastig om mijn favorieten van 2019 tot een Top 10 terug te brengen. Na kritische beluistering van alle in 2019 aangeschafte, na november 2018 uitgebrachte albums, restte er een stapel van 20, waarvan er na lang wikken en wegen nog 10 op het laatste moment sneuvelden. Criterium is daarbij voornamelijk geweest of de albums vooral in de eigen discografie van de desbetreffende artiesten voldoende onderscheidend waren. Zo leverden Opeth, Steve Hackett, Big Big Train en Eloy uitstekende, door mij met veel plezier beluisterde albums af, maar niet per se het meest glanzende in het eigen oeuvre. Ik voeg die albums toch stiekem toe als nummer 11 tot en met 20.
1. FEM (Forza Elettromotrice) - "Mutazione" (eigen beheer)
2. Eveline's Dust - K (Giant Electric Pea)
3. Barock Project - Seven Seas (Immaginifica)
4. Freedom To Glide – Seed (Ruby Storm Records)
5. Trojka - Tre Ut (Apollon Records: PROG)
6. Far Meadow, The - Foreign Land (Bad Elephant Music)
7. Isildurs Bane & Peter Hammill - In Amazonia (Ataraxia)
8. Wyatt, Frank & Friends – Zeitgeist (eigen beheer)
9. GRICE - One Thousand Birds (Hungersleep Records)
10. Enid, The - U (eigen beheer)