• Maurice Dam

  •  
  • Top 2019:
    2019 was voor mij het jaar van Marillion. Naast een geweldig weekend in Lissabon was er opeens en nieuw album, nou ja: een album met herbewerkingen voorzien van strijkers en blazers. Daarnaast twee mooie shows in de Royal Albert Hall en als toetje nog eens in Nederland. Omdat het herbewerkingen zijn van bestaande nummers mag/zal dit “With Friends From The Orchestra” niet in mijn lijst worden opgenomen; uitgangspunt is toch wel nieuw werk. We zullen het in 2020 overigens even zonder Marillion moeten doen, de heren gaan zich focussen op een écht nieuw album. Naast de gevestigde namen ziet 2019 veel nieuwe sterren aan het firmament. Een album waar ik zelf veel van kan genieten is het eerste solo-album van Tiago Barbosa. En ook nieuw zijn Fervent Mind, Moon Letters, Chasing The Monsoon en Moon Halo, hoewel we in de laatste twee bands een aantal voor ons geen onbekende muzikanten tegenkomen. Scandinavië is ook weer ruim vertegenwoordigd in 2019 met een aantal relatief onbekende namen. Jordsjø, 35 Tapes en Mythopoeic Mind mogen er zijn. Maar we zien ook de terugkeer van The Flower Kings (met een wel erg herkenbaar geluid) en een heel sfeervol album van Rhys Marsh. Ook het IJslandse Lucy In Blue heeft met het tweede bandalbum een fijn werkstuk aangeleverd, dat het zelfs tot Album van de Maand heeft geschopt. En dan All Traps On Earth... “A Drop Of Light” van deze Änglagård-offshoot werd vorig jaar al door de collega's in de lijsten opgenomen; ik sloeg hem toen over omdat hij net op de rand van 2019 verscheen, anders was deze zeker hoger geëindigd. Dan heb je nog de bands die al wat jaren meedraaien, waarvan we in 2019 ook nieuw werk hebben mogen ontvangen. Een zeer fijn derde studio album van het Canadese Huis. IQ dat toch weer een herhaling in zetten lijkt te doen op het wel erg lange “Resistance”, waarbij een vergelijkbaar gevoel als met destijds “The Seventh House” me bekruipt. En hoewel de volgende band ook niet echt baanbrekend bezig, is pakt dat album me wel. Terwijl Groot Brittannië zich opmaakt om zich af te scheiden van de EU, trekt Big Big Train juist met de verhalende vorm van prog waar de groep patent op heeft het vaste land van Europa in, om daarvan eens de geschiedenis onder de aandacht te brengen. Eervolle vermelding gaat natuurlijk naar het eindelijk verschenen solo-album van Frank Wyatt, de Happy The Man-legende. Kortom: weer genoeg interessante releases om een leuke top-10 samen te stellen. Toch blijft het een lastige opgave: vooral nummers 2 t/m 6 zijn liggen heel dicht bij elkaar. Mijn uitganspunt is dan ook om niet terug te vallen op de gevestigde namen, maar ook de nieuwelingen aan bod te laten komen en dan wel een keuze maken als bands stilistisch te dicht bij elkaar liggen. Hierdoor heb ik dit jaar 2 lijsten samen gesteld waarbij de alternatieve lijst de zelf opgelegde restricties niet heeft.

  • 1. Tiago Barbosa – Half Full (Hitherto Unknown Records)
    2. Chasing The Monsoon – No Ordinary World (Immrama Records)
    3. Big Big Train – Grand Tour ( English Electric Recordings)
    4. Moon Halo – Chroma (eigen beheer)
    5. Lucy In Blue – In Flight (Karisma Records)
    6. Fervent Mind – Tranquilize (Karisma Records)
    7. Frank Wyatt & Friends – Zeitgeist (eigen beheer)
    8. Huis – Abandoned (Unicorn Digital)
    9. Rhys Marsh – October After All (Karisma Records)
    10. Moon Letters – Until They Feel The Sun (eigen beheer)
  • 1. Barbosa. Tiago – Half Full (Hitherto Unknown Records)
    DE verrassing van het jaar was voor mij wel het optreden van Tiago Barbosa tijdens het Marillion Weekend in Lissabon. Wat een aangename persoon is dat, die met zijn op Peter Gabriel geënte muziek de zaal zeker op zijn hand kreeg! Barbosa is al een doorgewinterde artiest, die ooit begon bij Forgotten Suns. Met deze de neoprogband maakte hij twee studio-albums, terwijl hij tegelijkertijd ook lid was van de jazz/bluesband Casual Attraction. Kortom: Barbosa is muzikaal breed onderlegd en is een groot liefhebber van Marillion. “Half Full” is een echte singer-songwriterplaat met veel ingetogen songs, met de piano als basis. Toch is er veel afwisseling, met ook plaats voor de nodige uptempo stukken, zoals “Sing” of “Womanation” die niet zouden hebben misstaan op Peter Gabriels “US”. Tiago weet veel van zijn brede muzikale oriëntatie op dit album te verwerken, maar het is vooral zijn fijne expressieve stem die opvalt. De songs worden veelvuldig ingekleurd door smaakvolle percussie, heerlijke gitaarlijntjes en basloopjes, terwijl er regelmatig uitgebouwd wordt naar een climax. Vooral op dergelijke momenten moeten we denken aan het album “Metanoia” van Daniel Versteegh, en ook wel het oude werk van Tom McRae. Zes jaar heeft Tiago Barbosa aan dit album gewerkt en het is dan ook een echt een 'labour of love', waar ook de mooie afwerking van het 36 pagina's tellende boekwerk met mooie illustraties van getuigd. Het ingetogen “The Same Mistake Again” is een van de juweeltjse op de plaat.
    Websites:
    http://tiagobarbosamusic.com/
    https://www.facebook.com/TiagoBarbosaMusic/ .

    2. Chasing The Monsoon – No Ordinary World (Immrama Records)
    Karnataka heeft sinds 1998 een vijftal studio-albums afgeleverd. Met name vanaf het derde album “Delicate Flame Of Desire” kwam deze Britse band echt onder onze aandacht. Een wat ons betreft redelijk ondergewaardeerd album, dat net name de liefhebbers van gloedvolle neoprog zeer kunnen waarderen. Na dat album ging het echter mis en kwamen er de nodige strubbelingen, waardoor nagenoeg de hele band opstapte en uiteindelijk opdook onder de naam Panic Room. Bassist Ian Jones was echter niet voor één gat te vangen en wilde doorgaan met Karnataka. Wat uiteindelijk in 2010 leidde tot het album “The Gathering Light” met nieuwe zangeres Lisa Fury. Maar in die tussenliggende periode werd door Jones gewerkt aan een project genaamd Chasing The Monsoon: een samenwerking met “Delicate Flame Of Desire”-producer Steve Evans, zangeres Lisa Fury en gitarist Ian Simmons. De ambitie was om een album uit brengen dat de klankwereld van Karnataka verbond met die van Enigma, Mike Oldfield en invloeden uit wereldmuziek. In 2007 kregen we uiteindelijk een eerste voorproefje toen er een nummer verscheen op de tweede “Songs For Luca”-dubbelaar (samengesteld door Iona-gitarist Dave Bainbridge om geld in te zamelen voor therapie voor zijn autistische zoon), maar daarna werd het angstvallig stil. Zangeres Lisa Fury zou in 2010 nog betrokken zijn bij de herstart van Karnataka maar van Chasing The Monsoon werd niets meer vernomen. Tot dat eerder dit jaar, ruim 12 jaar na het eerste voorproefje, het album “No Ordinary World”werd aangekondigd en uiteindelijk onlangs is verschenen. Het werkstuk levert bij eerste beluistering inderdaad precies dát wat men beloofde: we herkennen de sound van Karnataka ten tijde van “Delicate Flame Of Desire”, we horen de ambient soundscapes van Enigma en de bijbehorende stemmensamples hier en daar, maar het gitaarwerk heeft wel weer meer weg van Steve Rothery dan Mike Oldfield. Wat we zeker niet hadden verwacht zijn Yes-trekjes in de muziek. Want hoewel Lisa Fury het merendeel van de vocalen voor haar rekening neemt, is het ook Steve Evans die af en toe op de voorgrond treedt als zanger. Die Evans is dus de albumproducer, die tevens tekent voor alle toetsenpartijen, drums en programmering. Zijn zangstem lijkt erg veel op die van Benoit David en Trevor Horn. Die laatste is ook een referentie die te binnen schiet bij het aanhoren van de schitterende productie. Horns werk met Seal lijkt hier een voorname invloed. Met recht werd dit het Album van de Maand in december.
    Website: https://chasingthemonsoon.com/ .
     

    3. Big Big Train – Grand Tour (English Electric Recordings)
    Op de afgelopen twee studio albums na het “English Electric”-tweeluik maakte Big Big Train langzaam ruimte voor iets meer folk-invloeden in het bandgeluid. Het was dan ook een lastige taak om die zeer succesvolle albums op te volgen. Beide opvolgers zijn zeer goed ontvangen, maar op mij hadden ze niet de (muzikale) impact van de voorgangers. Nu met “Grand Tour” keert de Britse band terug naar het volle symfonische geluid en wordt voor het eerst in de huidige incarnatie thematisch de eigen landgrenzen overschreden. Zanger David Longdon maakt zijn debuut op "The Underfall Yard" in 2009. De albums die sindsdien verschenen, tot en met "The Second Brightest Star" in 2017, verhaalden over gebeurtenissen in de Engelse geschiedenis en de historische achtergrond van het Engelse landschap. Het werd hoog tijd voor het verleggen van de aandacht, vond het zevental rond bassist/componist Greg Spawton. En dus gaat de band op reis. In 17de- en 18de-eeuwse traditie gaat de luisteraar op "Grand Tour" langs culturele ijkpunten. We verwonderen ons over de tekeningen van Leonardo DaVinci en bezoeken natuurlijk ook Rome. In één van de epics van het album, "Ariel" gaan we de zee op, aan de hand van Shakespeare's "The Tempest" en verlaten we uiteindelijk zelfs onze planeet in het stuk "Voyager", een eerbetoon aan de moderne wetenschap die twee ruimtesondes naar alle grote planeten heeft weten te sturen. Deze Voyager-sondes bevinden zich nu beiden buiten ons zonnestelsel, maar maken nog steeds spaarzaam contact met de Aarde, 42 jaar na hun lancering. Muzikaal gaat BBT net als die Voyager-sondes onverstoorbaar door op de weg van het afgelopen decennium: een warm puur symfonisch rockgeluid, waar de folk-invloed van de voorgaande jaren wel is gedimd, maar waarbinnen misschien nog wel meer ruimte is voor het spectaculaire drumwerk van Nick D'Virgilio. De geliefde brass-sectie is ook gewoon weer van de partij en er is in "Voyager" zelfs een uitgebreid strijkorkest te horen. Het album "Grand Tour" werd met recht verkozen tot Best Album bij de Progressive Music Awards 2019, georganiseerd door Prog Magazine. Het was sowieso een succesvol album, want Big Big Train bereikte er de Britse album-top 40 mee. Ik ben ook zeer content met het album, dat “English Electric” zeker naar de kroon steekt.
    Website: https://www.bigbigtrain.com/ .
     

    4. Moon Halo – Chroma (eigen beheer, 2019)
    Op de valreep van het jaar 2019 verscheen er nog een album waarvan ons hart sneller gaat kloppen, namelijk het debuutalbum van Moon Halo. De kern van deze Britse formatie bestaat uit toetsenist Iain Jennings, zanger Marc Atkinson en bassist David Clements. De eerste kennen we als toetsenist van Mostly Autumn en de andere twee heren van Riversea. Toetsenist Iain Jennings is grotendeels verantwoordelijk voor de muziek en heeft boeiende songs geschreven die helemaal af worden gemaakt door de pakkende teksten en sterke zanglijnen van Marc Atkinson, een zanger waar wij onze bewondering al regelmatig over hebben uitgesproken. Verder wordt Moon Halo op het album bijgestaan door gitarist Martin Ledger en springt onder anderen Mostly Autumn-zangeres Olivia Sparnenn-Josh bij met achtergrondvocalen. Op basis van dit alles zou je verwachten dat Moon Halo dus eigenlijk Riversea is met een andere toetsenist, maar dan gaan we muzikaal wel wat erg kort door de bocht. Ja, er is onvermijdelijk muzikale verwantschap: beide groepen maken toegankelijke melodieuze rock. Maar daar waar Riversea duidelijk een symfosound heeft, kiest Moon Halo meer voor een insteek die zich richt op moderne pop en rock met een progressieve tintje. In de wat langere songs is een vergelijking met Marillion of Pink Floyd snel te maken, maar Moon Halo rockt soms meer (met zelfs in één song een ZZ Top-achtige gitaarriff) of voegt pop-invloeden toe waardoor we ook aan The Alan Parsons Project moeten denken. “Chroma” is een album dat zich qua sound perfect weet te nestelen tussen de sfeervolle symfo van Riversea en de stevige neoprog van Lee Abraham en is daarmee een echte aanrader voor liefhebbers van één van deze. De officiële releasedatum is 13 januari, maar diegenen die het album hadden voorbesteld, hebben hem al gekregen. En om niet meer in de val (no pun intended) van All Traps On Earth te trappen komt het album nu al hoog in mijn jaarlijst.
    Website: http://www.moonhalomusic.co.uk .
     

    5. Lucy In Blue – In Flight (Karisma Records)
    Weer een Album van de Maand in mijn lijst. En het betrof hier de eerste keer dat een band uit IJsland een Album van de Maand aanleverde. Lucy In Blue bestaat al een aantal jaar. Op het in 2016 verschenen debuut maakte de band naar psychedelische rock neigende prog, die zwaar beïnvloed was door muziek uit de jaren 70. In april verscheen de opvolger “In Flight” op het inmiddels gerenommeerde label Karisma. Er wordt nog duidelijk uit het jarenzeventigvaatje getapt, waarbij duidelijk gekozen is voor een meer symfonische aanpak. Ja, de Pink Floyd-sferen druipen er nog steeds van af en we kunnen wegdromen bij heerlijke Rick Wright-achtige toetsentapijten en mooi gitaarwerk. Er wordt echter ook regelmatig van leer getrokken met een scheurende Hammond en King Crimson-achtige gitaren, ondersteund door een dijk van een ritmesectie. Ondanks deze associaties heeft Lucy In Blue zeker een eigen identiteit. Bovendien blijkt “In Flight” een zeer afwisselend album – zoëentje die steeds beter wordt naarmate je hem vaker hoort.
    Websites:
    https://lucyinblue.bandcamp.com/album/in-flight
    https://www.facebook.com/lucyinblue .
     

    6. Fervent Mind – Tranquilize (Karisma Records)
    "Tranquilize" is het debuut van Fervent Mind. Zowel iO Pages als Progwereld trokken in hun recensies vergelijkingen met Massive Attack om de sound van deze Noorse groep te omschrijven. Met wat goede wil is de link misschien te leggen, vooral met "100th Window", het Massive Attack-album dat het verst verwijderd was van de triphoproots van de Bristolse act. We verdenken beide media er echter van dat het hier een rechtstreekse quote uit de bandbio betreft. De meest voor de hand liggende invloed op de zeer op sfeer gerichte, uiterst dynamische postprog van de groep rond zangeres-componiste Live Sollid is toch wel Porcupine Tree. We horen zelfs enkele bijna letterlijke muzikale citaten. We ervaren dit nauwelijks als storend, doordat de persoonlijke spelstijl van de muzikanten en de vocalen van Live Sollid voldoende karakteristiek zijn en het spel met sfeertekeningen bijzonder doeltreffend werkt.
    Website:
    https://ferventmind.bandcamp.com/
    https://www.facebook.com/ferventmind/ .

    7. Wyatt, Frank & Friends – Zeitgeist (eigen beheer)
    Zo'n vijf jaar geleden wilde Frank Wyatt een soort Happy The Man-reünie op poten zetten in de vorm van nieuwe muziek gemaakt door zijn oude vrienden. Aanvankelijk zou dit onder de vlag van Pedal Giant Animals geschieden, maar door omstandigheden, zoals Wyatts slechte gezondheid en computerproblemen, werd het voor hem steeds logischer om er een soloproject van te maken. Die omstandigheden leidden er ook toe dat het tot november dit jaar duurde voordat "Zeitgeist", zoals het album uiteindelijk is gaan heten, het daglicht zag. Uiteraard horen hierop veel van de kenmerken die de muziek van Happy The Man, Oblivion Sun en Pedal Giant Animals zo uniek maakte. Dat geldt uiteraard voor het titelnummer, waarin Wyatt met Stan Whitaker en Kit Watkins herenigd wordt. Maar ook het ietwat jazzrockende "Twelve Jumps" met "Crafty Hands"-drummer Ron Riddle roept goede herinneringen op. Naast genoemde musici duiken ook andere voormalige HTM- en Oblivion Sun-leden op, zoals de eerste zanger Cliff Fortney, de laatste toetsenman David Rosenthal, en drummers Chris Mack en Joe Bergamini. Toch is "Zeitgeist" wel degelijk een Frank Wyatt-CD geworden. Hij was namelijk al tijden bezig een klassieke compositie te schrijven. Gedurende het project voelde het logisch voor hem deze compositie toe te voegen. Het vierdelige "Perelandra", geïnspireerd op C.S. Lewis' "Space Trilogy" is een gedurfde onderneming, waarop Wyatt gesamplede instrumenten via zijn keyboards tot leven brengt. Deze labour of love moet zeker in de jaar lijst.
    Website: https://frankwyattmusic.com .
     

    8. Huis – Abandoned (Unicorn Digital)
    Huis bestaat tien jaar, wat onlangs gevierd werd met de uitgave van het nieuwe album “Abandoned”. Van de oprichters is alleen bassist Michel Joncas nog over, mede-oprichter Pascal LaPierre vertrok al vlak na het debuut. Sindsdien is de bezetting onveranderd gebleven. Net als de voorgangers grijpt de Canadese band rijkelijk terug op neoprog. Dit blijkt meteen al uit de sterke opener, meteen ook het titelnummer van “Abandoned”. Vooral de toetsensolo tegen het eind mag er zijn. Dit nummer kan zich meten met het beste van IQ. Met “The Giant Awakes” wordt naar een hogere versnelling geschakeld, wat resulteert in een AOR-kraker. Wat gelijk opvalt is het krachtige drumspel van William Regnier. Conceptueel zijn de nummers met elkaar verbonden door de centraal thema's verlies en eenzaamheid. Waar Huis nog steeds in uitblinkt zijn de sterke melodielijnen. Af en toe hoor je wat Mystery-maniertjes in de composities terug, zoals het begin en einde van “Caducée”. Gek is dit niet, aangezien Mystery-bandleider Michel St-Pere ook hier de gitarist van dienst is. Maar ook trekjes van een band als Iluvatar hoor je soms terug, zoals de korte instrumental “Solitude”. De thematiek wordt effectief uitgedragen door de sterke zang Sylvain Descoteaux, die ook een groot deel van de toetsenpartijen voor zijn rekening neemt, samen met nieuw band lid Johnny Maz. Ook zijn er wat gasten te horen op het album. Naast mede Mysterion Jean Pageau op fluit is voor het eerst sinds jaren Serge Locat weer eens te horen. Hij was ooit de toetsenist van de legendarische band Harmonium. Met zijn 72 minuten in lengte, met daarbij 4 tracks van boven de 9 minuten, is “Abandoned” een behoorlijke brok muziek die je voorgeschoteld krijgt. Dus genoeg om uit te kiezen. Het duurt dan ook een paar luisterbeurten voordat het album je te pakken heeft.
    Website: https://www.huisband.com/ .

    9. Marsh, Rhys – October After All (Karisma Records)
    Op "October After All" laat de in Engeland geboren maar al jaren in Noorwegen vertoevende zanger/multi-instrumentalist weer eens zijn songmatige kwaliteiten horen. De over het algemeen ingetogen liedjes worden op de voor Marsh bekende wijze ingekleurd door een vracht aan antieke toetseninstrumenten, terwijl hij tevens beroep deed op instrumentalisten als de onvermijdelijke Arve Henriksen op trompet en Kåre Kolve op saxofoon. Toch is het vooral Marsh zelf die de meeste instrumenten bespeelt. Naast de genoemde keyboards neemt hij tevens drums, gitaren en bas ter hand. Dit levert enerzijds melancholieke sferen op en anderzijds wordt de luisteraar verwent met zeer symfonische passages vol Mellotron-pracht. Gezegd moet worden dat opener "River" je met de enigszins luchtige beat op het verkeerde been kan zetten, maar halverwege deze song raak je al van overtuigt dat "October After All" weer een typische Rhys Marsh-tip is.
    Websites:
    https://rhysmarsh.com/
    https://www.facebook.com/rhysmarshmusic..
     

    10. Moon Letters – Until They Feel The Sun (eigen beheer)
    De hoes van het debuutalbum van Moon Letters laat ons een voorovergebogen naakte jongedame zien. De uit Seattle afkomstige band laat zich op dit “Until They Feel The Sun” voornamelijk inspireren door de folklore van de Noordzee en de legende van de Selkies. Denk daarbij aan de film “The Secret of Roan Inish” die gebaseerd is op deze legende en die ook een verklaring biedt voor de hoes. Het album is warempel door de van zijn werk voor Foo Fighters bekende Barrett Jones geproduceerd in zijn Layndrey Room studio. De bandleden draaien dan ook al jaren mee in de Seattle-scene en hebben in verschillende lokale bands gespeeld. Het album begint gelijk goed met het instrumentale “Skara Brae” dat de toon zet voor wat komen gaat. Moon Letters weet een mooie balans te vinden tussen ingetogen sferisch en meer stevig werk. Wat ook gelijk op valt is de sterke zang. In vooral het korte “What Is Your Country” doet de muziek je aan Riversea denken. “ Met “Until They Feel The Sun” heeft Moon Letters een zeer sterk debuutalbum afgeleverd.
    Website: https://www.moonletters.com/ .
  • Dit zou mijn alternatieve lijst zijn...

    TIP 2019:

  • 1. Marillion – Marillion With Friends From The Orchestra (earMUSIC)
    2. All Traps On Earth – A Drop Of Light (AMS Records)
    3. Pattern-Seeking Animals – Pattern-Seeking Animals (InsideOut Music)
    4. Lee Abraham – Comatose (Festival Music)
    5. Evelin's Dust – K (Giant Electric Pea)
    6. Jordsø – Nattfiolen (Karisma Records)
    7. Monkey3 – Sphere (Napalm Records)
    8. Bjørn Riis – A Storm Is Coming (Karisma Records)
    9. IQ – Resistance (Giant Electric Pea)
    10. Eloy – The Vision, The Sword And The Pyre - Part 2 (Artist Station Records)
  • 1. Marillion – Marillion With Friends From The Orchestra” (earMUSIC)
    De nummer één van mijn schaduwlijst is er eentje uit de categorie 'onverwachte samenkomsten'. Als je de bandleden in het verleden zou vragen of ze ooit wat met strijkers zouden gaan doen dan was het antwoord vaak: 'Nooit!'. Maar als zanger Steve Hogarth tijdens een eenmalig optreden met Isildurs Bane celliste Annemarie Osbourne ontmoet, raken ze aan de praat. En zo ontstaat het idee om haar kwartet In Praise Of Folly uit te nodigen voor het Marillion Weekend in 2017 en de uitvoering van het album “Marillion.com” en wat andere nummers te voorzien van strijkers. De samenwerking beviel zó goed dat in 2018 een speciale set werd samengesteld voor het concert in The Royal Albert Hall, waar ook fluitist Emma Halnan en hoornist Sam Morris meededen. Dit leek een eenmalig iets te zijn, maar in 2019 blijkt er stiekem gewerkt te zijn aan een heus studio-album met herbewerkingen van een aantal klassieke Marillion-nummers. Dit “Marillion With Friends From The Orchestra” is afgelopen week verschenen en bevat een aantal verrassende en zeer geslaagde keuzes. We durven rustig te stellen, dat veel van deze versies de originele uitvoeringen overtreffen. De keuze voor de meer epische stukken uit de geschiedenis van de band zoals “Season's End”, “This Strange Engine” en “Ocean Cloud” is natuurlijk logisch, maar ook komen er een paar obscuriteitjes voorbij zoals bijvoorbeeld “A Collection”. De nummers zijn smaakvol gearrangeerd en 'het orkest' en toetsenist Mark Kelly vullen elkaar mooi aan. We kiezen vanavond voor een nummer waarvan de oorspronkelijke versie te vinden is op “Sounds That Can't Be Made”. Het lijkt wel alsof dit “The Sky Above The Rain” gemáákt is voor deze samenstelling. Daar waar op het origineel de band tegen het eind massaal invalt, is er hier voor een zeer ingetogen, bijna kaal te noemen arrangement gekozen, dat des te meer impact heeft, Maar vrees niet: tijdens de climax kan de solo van gitarist Steve Rothery natuurlijk niet ontbreken. Ook het subtiele drumwerk van Ian Mosley mag niet onbenoemd blijven; samen met bassist Pete Trewavas speelt hij in dienst van de composities.
    Website: http://www.marillion.com/ .

    2. All Traps On Earth – A Drop Of Light (AMS Records)
    De band rond Johan Brand, de bassist van Änglagård, kwam laat in 2018 uit. Ik had het album nog niet bemachtigd, dus kon deze vorig jaar niet mee nemen in mijn overzicht. Was dat wel het geval dan zou deze zeker in mijn top 3 zijn gekomen. In mijn schaduwlijst van dit jaar komt dit album met recht op nummer 2. Het concert dat de band op Night Of The Prog gaf, staat me nog steeds bij. Het was duidelijk een kwestie van 'love it or hate it'. De band speelde net als op het album zonder concessies. Dit smaakt in ieder geval naar een vervolg.
    Websites:
    https://alltrapsonearth.bandcamp.com/
    https://www.facebook.com/alltrapsonearth/ .
     

    3. Pattern-Seeking Animals – Pattern-Seeking Animals (InsideOut Music)
    John Boegehold is een naam die bezitters van Spock's Beard-albums uit de dagen ná het vertrek van Neal Morse vast zullen kennen. Bij veel sindsdien verschenen repertoire staat immers zijn naam als (mede-)songschrijver vermeld. De man kan echter niet al zijn composities bij die groep kwijt en besloot derhalve zijn eigen bandproject op te zetten: Pattern-Seeking Animals. Nu speelt hij zelf behendig toetsen en is ook in zekere zin vaardig op divers ander instrumentarium, maar voor een goede uitvoering van zijn songmateriaal had hij toch specialisten nodig én een goede zanger. Tsja, en wie kent hij? Lang verhaal kort: Pattern-Seeking Animals bestaat verder 'gewoon' uit de van Spock's Beard bekende zanger Ted Leonard, die zich hier ook ontpopt tot sologitarist, alsmede bassist Dave Meros en voormalig Spock-drummer Jimmy Keegan. Heeft Pattern-Seeking Animals dan wel bestaansrecht naast Spock's Beard? Ja, want hoewel de verwantschap groot is, blijkt het bandgeluid zonder Alan Morse en Ryo Okumoto toch genoeg anders van karakter. Bovendien is de kwaliteit van het resultaat gewoon te hoog om ook maar te willen negeren. Net als bij 'Spock' vaak het geval is, brengt Pattern-Seeking Animals een afwisseling tussen langere puur symfonische stukken en korte meer rockende nummers. Al die composities kennen een overvloed aan beklijvende melodieën, pakkende hooks en gelaagde arrangeertechnische invullingen. Met ook hier Rick Mouser achter het mengpaneel zit het ook geluidstechnisch allemaal geramd. Boegehold schijnt de smaak te pakken te hebben en wil meer gaan doen met dit nieuwe 'vehikel'. Laat maar komen hoor, John!
    Website: http://psanimals1.com/ .
     

    4. Lee Abraham – Comatose (Festival Music)
    Met het vorig jaar verschenen "Comatose" heeft de Britse muzikant Lee Abraham maar liefst 4 albums uitgebracht sinds 2014 en de kwaliteit heeft tot nu toe nog niet geleden onder die productiviteit. Was het in 2016 verschenen "The Seasons Turn" een echt neoprog-album, opvolger "Colours" tapte behoorlijk uit het AOR-/melodic rock-vaatje. "Comatose" is een album bestaande uit één song in 8 delen en vertelt het verhaal van een man die een zwaar auto-ongeluk krijgt. Naast dat hij ervaart hoe het medisch personeel hem probeert te redden, kijkt hij terug op zijn leven. Alleen al deze opzet maakt "Comatose" tot een ander album dan de voorgangers. Ook anders is het feit dat hij niet meer werkt met meerdere zangers, zoals op zijn vorige albums. Nu heeft Abraham heel bewust gekozen voor één vocalist, namelijk Marc Atkinson (Riversea). Onze bewondering voor deze klassezanger hebben we nooit onder stoelen of banken gestoken en voor dit conceptalbum is hij met zijn gloedvolle stem, die je echt het verhaal inzuigt, de perfecte keuze. Eén lang nummer en één zanger zijn dus de grote wijzigingen, maar voor de rest is het 'business as usual' voor Lee Abraham. Dat houdt in dat hij nagenoeg alle instrumenten (op piano en drums na) zelf bespeelt en dat de muziek ergens op het snijvlak van neoprog en stevige AOR ligt. Doordat hij echter voor een groter muzikaal canvas heeft gekozen is er ook meer ruimte voor instrumentale passages. Die zet hij met verve neer, waarbij hij dan ook een aantal zeer sterke gitaarsoli uit zijn mouw schudt. Met "Comatose" heeft Lee Abraham zijn sterkste album tot nu toe afgeleverd, waarop hij de balans tussen een vertrouwd geluid en nieuwe dingen proberen perfect heeft weten te vinden. Meeslepend!!
    Website: http://leeabraham.co.uk .
     

    5. Evelin's Dust – K (Giant Electric Pea)
    We hebben het al vaak geconstateerd, de afgelopen jaren: vanuit Italië verblijdt de ene na de andere uit opvallend jonge muzikanten bestaande groep ons met een frisse, energieke variant op muziek die toch wel degelijk met twee benen in de (Italo-)proggeschiedenis staat. Zo verraste Eveline's Dust ons drie jaar geleden met "The Painkeeper". Gelukkig zijn wij bij Xymphonia niet de enigen die gek genoeg blij werden bij die blijkbare uitingen van blijvende pijn; zo was het in Groot-Brittannië ene Michael Holmes die het uit Pisa afkomstige gezelschap in de peiling kreeg. Als resultaat verschijnt het tweede volwaardige album van de Italianen (in 2013 introduceerde de band zichzelf met een zelfgemaakte CD-R, "Time Changes") op IQ's label Giant Electric Pea. Waar overigens veel generatiegenoten zich bedienen van de moedertaal, kiest Eveline's Dust toch liever het Engels en doet dat behoorlijk accentloos. Maar waar je vooral vanaf de eerste maat voor valt is de onbegrensd lijkende muzikaliteit van het kwartet. Ondanks enkele sterke toetsen- en gitaarsolo's wordt er overigens nooit vervallen in 'showing off', maar aan de verrassende wendingen, de fraseringen en timing en de energie die de muziek dientengevolge uitstraalt, hoor je constant de klasse af. En de composities zijn van dusdanige aard dat ze spannend zijn én pakkend, waardoor je blijft luisteren en je je daarbij nooit gaat vervelen.
    Website: https://www.evelinesdust.com/ .
     

    6. Jordsjø – Nattfiolen (Karisma Records)
    De klanken uit de jaren 70 blijven een onweerstaanbare aantrekkingskracht uitoefenen op muzikanten. Er gaat geen jaar voorbij zonder dat er een album verschijnt waarvan we kunnen stellen dat het klinkt als of het, pak 'm beet, 45 jaar geleden is opgenomen. En het is met name in het Scandinavische gebied dat men in staat blijkt om dat geluid en die sfeer tot in de puntjes te recreëren. Bands als White Willow, Anekdoten, Landberk en Änglagård kwamen op in de jaren 90 en slaagden er in om die klassieke jaren-70-sound van de nodige moderne vitaliteit te voorzien. Jordsjø is duidelijk beïnvloed door die lichting bands en dan met name Änglagård. Na eerst een paar cassettes te hebben uitgebracht in 2015 en 2016, brachten deze Noren in 2017 hun albumdebuut uit, dat nu is opgevolgd door het album "Nattfiolen". De vergelijking met Änglagård is niet zó maar gemaakt, omdat veel elementen van de sound deze Zweedse collega's is terug te horen op dit album van Jordsjø: fluitspel, Mellotron, orgel, akoestische en elektrische gitaren en soepel drumspel. Wat de muziek mist, is het soms grillige karakter van het grote voorbeeld, maar dat wordt goedgemaakt door de weldadige, warme sfeer op het album. Maar daar waar Änglagård een zespersoons band is, wordt de muziek van Jordsø tot ons gebracht door Håkon Oftung, die nagenoeg alle instrumenten bespeelt (en ook een klein beetje zingt), met uitzondering van de drums en percussie, waarvoor Kristian Frøland verantwoordelijk is. De reden dat het niet in mijn eerste lijst staat, is dat ik Lucy In Blue net iets interessanter vind.
    Website: https://jordsjo.bandcamp.com/ .

    7. Monkey3 – Sphere (Napalm Records)
    Monkey3 timmert al een aantal jaren aan de weg, maar heeft nooit eerder aandacht gekregen in ons programma. De Zwitserse band is al vanaf 2003 actief, voornamelijk in het psychedelische en stonerrockcircuit. Met het zesde album “Sphere” dat halverwege dit jaar verscheen heeft Monkey3 het roer echter wat om gegooid. De invloeden van het oude Pink Floyd waren altijd al overduidelijk aanwezig, nu beweegt de band zich muzikaal meer en meer in deze richting. Doe daar een snufje Ozric Tentacles, oude Porcupine Tree maar vooral Astra bij en je hebt een heel fijn album. Ook dit album krijgt een plek in mijn schaduwlijst, aangezien mijn voorkeur uitgaat naar het muzikaal verwante Lucy In Blue.
    Website: http://www.monkey3official.com/ .
     

    8. Bjørn Riis – A Storm Is Coming (Karisma Records)
    Met “A Storm Is Coming” brengt de Noor Bjørn Riis zijn derde studio album uit. Op dit album speelt Bjørn zelf het meeste aan instrumentarium behalve de drums en piano. Op muzikaal gebied is er niet al te veel veranderd sinds het voorgaande album. Het album bestaat nog steeds voornamelijk uit ruim uitbouwende filmische composities waarbij de Pink Floyd geest nog steeds duidelijk hoorbaar is. Het album begint met een rustig kabbelend ambient intro maar knalt er na 2 minuten gelijk in met zware aangezette gitaren, waar een band als Black Sabbath in het verleden patent op had, en gelijk ook al een solo in “When Rain Falls” maar al snel komt de vertrouwde melancholie terug. Het overkoepelende thema van het album is dan ook verlies wat zeer goed wordt uitgebeeld. Hoogtepunt is zeker het bijna 14 minuten duurden “Stormwatch” Maar de ingetogen “You And Me” of “Icarus”.
    Website: http://www.bjornriis.com .

    9. IQ – Resistance (Giant Electric Pea)
    Het is alweer 5 jaar geleden dat IQ met het ijzersterke “The Road Of Bones” vriend en vijand verraste. De shift naar een wat zwaarder geluid zorgde voor een nieuwe dynamiek. Zo'n album opvolgen is dan ook een zware klus. De band had zich dan ook opgelegd om geen “Road Of Bones” 2 te gaan maken, maar geheel onbevangen aan het schrijven te gaan. Men nam de tijd en zo had IQ vorig jaar een kleine 100 minuten aan nieuwe muziek. Omdat men het geschrevene zo goed vond, is ervoor gekozen een heus dubbel album uit te brengen. Met 3 nummers rond de 20 minuten heb je ook zo een plaat vol en wat de band tijdens een aantal concerten liet horen klonk ook wederom zeer veelbelovend. Een eerste luisterbeurt liet mij echter met een dubbel gevoel achter. Ja, het was overduidelijk IQ en had ook zeker de klasse die je van zo'n band verwachtte, maar tegelijk was het ook IQ by numbers. Eenzelfde gevoel dat ik bij “The Seventh House” heb. Teveel herhalingen van zetten waarbij voornamelijk de zanglijnen van Peter Nicholls te voorspelbaar zijn. Misschien was het toch verstandiger geweest flink de schaar in de nummers te zetten. Dus geen IQ in mijn hoofdlijst maar wel een eervolle vermelding in de reservelijst.
    Website: https://www.iq-hq.co.uk/ .
     

    10. Eloy – The Vision, The Sword And The Pyre - Part 2 (Artist Station Records)
    Al vele jaren liep Eloy-voorman Frank Bornemann rond met plannen voor een rockopera over Jeanne D'Arc. Zowel de slotnummers van "Destination" (1992) als "The Tides Return Forever" (1994) , respectievelijk "Jeanne D'Arc" en "Company Of Angels" geheten, had deze Franse heldin al als onderwerp. Het was oorspronkelijk Bornemanns bedoeling om er een Franstalig muzikaal theaterstuk van te maken. Bornemann en zijn vrouw zijn namelijk nogal Francofiel aangelegd en hebben zelfs een appartement in Parijs. Naar eigen zeggen hebben de overweldigende fanreacties op Eloy's comeback-album "Visionary" (2009) ertoe geleid dat het project toch een Eloy-werkstuk werd. Het eerste deel van wat "The Vision, The Sword And The Pyre" verscheen in 2017 en met enige vertraging kwam deel twee onlangs uit. Die vertraging heeft verschillende oorzaken: zo heeft Bornemann de pensioengerechtigde leeftijd al lang overschreden (hij is nu 74) en zijn andere bandleden uitgewaaierd over heel Duitsland en hebben nog drukke banen. Bassist Klaus Peter Matziol is bijvoorbeeld directeur van een van de grootste Duitse concertorganisatiebureaus, maar vond ook voor deze CD weer een gaatje in zijn agenda. Ook toetsenisten Hannes Folberth en Michael Gerlach zijn wederom van de partij, terwijl het aantal sessiemuzikanten in vergelijking met deel 1 behoorlijk gereduceerd is. Wellicht is door de geringere inbreng van buitenaf deel twee nog meer 'old school' Eloy. Het sluitstuk van het verhaal over Jeanne D'Arc wordt veelal verteld vanuit Jean de Metz, een van haar vertrouwelingen, waardoor de luisteraar ook tekstueel zeer betrokken raakt bij de heroïsche tragedie.
    Websites:
    http://www.eloy-legacy.com
    https://www.facebook.com/Official4Eloy .