• Maurice Dam

    Top 2012
    We zijn het er denk ik over eens dat 2012 een vruchtbaar jaar was voor de prog en de muziek in het algemeen. Het is dan ook moeilijk om een lijst samen te stellen uit de vele goede releases van afgelopen jaar. Eén plaat komt wat mij betreft echter met kop en schouders boven alle andere releases uit, voor velen geen verrassing denk ik: “Invicta” van The Enid, een album waar we al genoeg over hebben geschreven! Dat in een jaar waarin ook Marillion een nieuw album presenteerde, Big Big Train de stap wist te maken naar de groten de prog, maar waarin ook een aantal gevestigde bands met een zeer goed album kwamen. Ook van eigen bodem was er een aantal bands, dat albums van hoge kwaliteit uitbracht. Zo wist Silhouette de lijn van verbetering vast te houden en kwam The Gathering met een zeer goed album, waarop er zelfs met blazers werd geëxperimenteerd. Opvallend was, dat de verschillende leden van Marillion op allerlei prog releases opdoken. Natuurlijk is daar Pete's nieuwe bandje Edison’s Children maar ook op een Rush-tribute, Nektar-tribute, en platen van I And Thou en het Spaanse Harvest doet men mee. Een andere vaste waarde in de prog is Nick D'Virgilio, die zo langzaamaan op bijna alle releases te horen is. Hij komt een aantal keer in de top 10 voor, met natuurlijk de Big Big Train-plaat, maar ook met Mystery. In dit geweld van releases en na lang zwoegen en dubben over de volgorde ná de top 3, is dit mijn top 10:

    1. The Enid - “Invicta” (Operation Seraphim, 2012)
    2. Big Big Train - "English Electric part One" (English Electric / GEP, 2012)
    3. Marillion - "Sounds That Can't Be Made" (Intact / EAR Music / Edel, 2012)
    4. Anathema - "Weather Systems" (Kscope, 2012)
    5. Mystery - "The World Is A Game" (Unicorn, 2012)
    6. Tom Brislin – "Hurry and up smell the roses" (Eigen Beheer, 2012)
    7. I and Thou - “Speak” (eigen beheer, 2012)
    8. Astra - “The Black Chord” (Metal Blade, 2012)
    9. Storm Corrosion - "Storm Corrosion" (Roadrunner, 2012)
    10. The Gathering - "Disclosure" (Eigen Beheer, 2012)
    (11.) Anglagard - "Viljars ôga" (eigen beheer, 2012) (was 10 maar 1punt aftrek !)

    1. The Enid - “Invicta” (Operation Seraphim, 2012)
    Een plaat waar we de luisteraar de laatste maanden behoorlijk mee hebben lastig gevallen is “Invicta” van The Enid. En terecht want met “Invicta” heeft de band zijn meest complete album afgeleverd en weet men de hoogtijdagen van de beginjaren van de band te evenaren. Voor Xymphonia stond het jaar zeker ook in het teken van The Enid, Natuurlijk speelde de band op ons 1000ste uitzendingsfeestje. Maar ook waren er nog twee albums die het daglicht zagen: de live-registratie van de show die de band in Birmingham gaf in 2011 én het derde deel van de “Arise & Shine”-cyclus. Op dat “Shining” werd Joe Payne geïntroduceerd als leadzanger. De nieuwe incarnatie van The Enid is er namelijk een met eindelijk een echte frontman. We mochten afgelopen jaar al genieten van Joe Payne tijdens de live-shows, waaronder een fantastisch concert in Hof 88. Met “Invicta” gaat de band nog een stap verder en verrast zelfs de die hard fan base. Tevens maakt The Enid de cirkel rond naar de visie die Robert John Godfrey ooit bij de formatie ervan had. Vanaf de zeer verrassende opener, het door Joe met falsetstem gezongen “One & The Many”, is het kippenvel. Zijn zang sluit naadloos aan bij de orkestrale muziek en draagt de composities. Ook zijn de gelaagde koorpartijen weer prominent aanwezig, Max Read is hier een waar meester in. Een aantal van de hoogtepunten: het instrumentale melancholische “Heaven’s Gate”, met een van de mooiste gitaarpartijen ooit; Jason Ducker laat de gitaar zingen als Maria Callas. En “Witch Hunt” waarin het percussieduo Nic Willes en Dave Storey goed op dreef is. Als onderbreking van de majestueuze sfeer vinden we “Execution Mob”: een kort vreemd nummer met wel een zeer lekker basgroove, waar op goed volume je hele huis van gaat trillen. En niet te vergeten de onvergetelijke zanglijn in “Villain Of Science”. En er valt nog veel te ontdekken, zelfs na verschillende luisterbeurten. Wederom is er een nieuw tijdperk voor The Enid aangebroken!

  • 2. Big Big Train - "English Electric Vol. One" (English Electric / GEP, 2012) 
    “English Electric Vol. 1” is het nieuwe album van de Britse band Big Big Train (met overigens een Amerikaanse tintje). Het album is weer van vertrouwd hoge Big Big Train-kwaliteit. En dat zit hem met name in de afwisseling tussen enerzijds de dik aangezette progrockstukken (met interessante stukjes Britse geschiedenis als onderwerp) en een aantal wat rustigere bijna folky songs die een mooi, misschien iets te rooskleurig, beeld schetsen van het Britse platteland. Big Big Train is op dit album definitief een vijfmanschap geworden met oud-gediende Greg Spawton, Andy Poole en Dave Longdon aangevuld met gitarist Dave Gregory (XTC) en drummer Nick D'Virgilio (ex-Spock's Beard en in deze uitzending ook met Mystery te horen). En dat aangevuld met een schare aan gastmuzikanten waarbij met name toetsenist Andy Tillison (The Tangent) een opvallende is. Hij is o.a. te horen in “The First Rebreather” (met een slotthema dat wel een beetje neigt naar Genesis' Stagnation) waarbij “Upton Heath” de rustigere kant van Big Big Train laat horen.
  • 3. Marillion - "Sounds That Can't Be Made" (Intact / EAR Music / Edel, 2012)
    “Sounds That Can't Be Made” is een album dat overduidelijk op de lijn voortgaat die Marillion in de laatste jaren heeft ingezet. Maar waar het vorige album “Happiness Is The Road” (2008) af en toe wat te veel voortkabbelde, weet “Sounds That Can't Be Made” de draad weer op te pakken die sinds “Marbles” was blijven liggen. Ook horen we zelfs wat trekjes van “Brave” (1994) terug. Zelfs na 30 jaar dienst weet de band nog te vernieuwen en het spannend te maken. Gitarist Steve Rothery en toetsenist Mark Kelly experimenteren weer lekker met geluiden. Het nummer dat het meest de discussie opzweept is “Gaza”: naast de lengte van 17 minuten is het onderwerp - het leven op de Gazastrook, gezien door de ogen van een Palestijns meisje - nogal controversieel. Het is misschien niet een van Marillions beste epics, maar er worden zeker nieuwe dingen gedaan en de vertellende vorm zorgt ervoor dat je wel direct in het nummer gezogen wordt. Voor de rest levert zanger/tekstschrijver Steve Hogarth wat weer de nodige liefdesliedjes waarvan “Invisible Ink” een goed voorbeeld kortom “Sounds That Can't Be Made” is wederom een sterk album geworden.
  • 4. Anathema - "Weather Systems" (Kscope, 2012) 
    Een band die ik eigenlijk nooit zo kom waarderen is Anathema, Dit kwam voornamelijk door een oersaai concert dat ik in het verleden mocht bijwonen. Gelukkig hebben we Xymphonia en wat ik daar van het laatste album hoorde beviel me wel en besloot de band live te gaan zien. En wat een geweldige transformatie bleek Anathema te hebben ondergaan! Nu stond er een band die meet veel overtuiging voornamelijk de laatste 2 albums ten gehore bracht. De opvolger van het breed gewaardeerde "We're Here Because We're Here" (2010) is wederom een album dat om zowel sfeer als emotie draait. Voor sfeer zorgen de warme strijkersarrangementen van Dave Stewart (ex-Hatfield & The North), die ook al betrokken was bij "Falling Deeper", het album met nieuwe arrangementen van vroege Anathema-nummers dat vorig jaar verscheen. Daarnaast is er nog meer akoestisch instrumentarium, zoals prominent in "The Gathering Of Clouds" een akoestische gitaar en piano. Voor de emotie zorgt de geladen zang van Vincent Cavanagh, die nu soms bijgestaan wordt door zangeres Lee Douglas, zoals in het intieme "The Gathering Of Clouds". Muzikaal brein Daniel Cavanagh (broer van Vincent) speelt een van zijn mooiste en meest intense gitaarsoli in het prachtig opgebouwde "The Beginning And The End". Vrolijk is het allemaal niet: zowel muziek als teksten zijn veelal in mineurstemming. Maar als dat in zulke schone muziek wordt gegoten wordt zwelgen bijzonder heerlijk.
  • 5. Mystery - "The World Is A Game" (Unicorn, 2012)
    Twee jaar na het veelgeroemde "One Among The Living" is de Canadese groep rond Unicorn-labelbaas Michel St.-Père terug met zijn zevende album. "The World Is A Game" markeert ook de nuchtere landing op aarde voor Benoit David, die een aantal jaren Yes-zanger mocht zijn, maar intussen is heengezonden. Werk bij Cirque Du Soleil maakte van Canada de nieuwe standplaats van ex-Spock's Beard-drummer Nick D'Virgilio, die de hele plaat voldrumt. Opvallend is dat veel songs op "The World Is A Game" zijn opgebouwd rond een traditionele rock-riff. Die zijn ingebed in de meteen herkenbare rijke en gelaagde Mystery-synthesizermist, doch geven D'Virgilio wel de mogelijkheid om flink uit te pakken in imposante drum fills. In de 19 minuten lange epic "Another Day" zit bijvoorbeeld een passage rond een riff die zowel refereert aan Jethro Tulls "Locomotive Breath" als Black Sabbaths "War Pigs". Meest overdonderende voorbeeld van met pompeuze synth-kathedralen omringde rock riffs is te horen in het titelnummer, dat overigens ook de gouden stembanden van Benoit David laat schitteren. Hier klinkt hij gewoon als zichzelf en niet krampachtig als Jon Anderson - en het is goed zo! Website: http://www.unicorndigital.com/mystery/news.html.
  • 6. Tom Brislin - "Hurry up smell the roses" (Eigen Beheer, 2012) 
    Zo stiekem aan het eind van het jaar liet ik deze plaat regelmatig de revue laten passeren en het venijnige is, dat je behoorlijk in de muziek word gezogen. Het melancholische geluid dat toch wel een klein Keane-ticje heeft, maar dan gedragener, raakt een gevoelige snaar. Maar Tom Brislin is dan ook een door de wol geverfde artiest die met veel grootheden heeft mogen optreden.
  • 7. I and Thou - “Speak” (eigen beheer, 2012)
    I and Thou is de nieuwe band van Jason Hart. Voor wie nog niet weet wie Jason is, we kennen hem als toetsenist van o.a. Renaissance, Rufus Wainwright en ook van een verdienstelijke singer/songwriter-plaat die hij onder eigen naam uitbracht. In 2007 speelde Hart zelfs op het eerste Marillion Weekend in Port Zélande. In zijn band I And Thou verzamelt Jason een aantal muzikale vrienden on zich heen, waaronder twee leden van de band IZZ en Matt Johnson, ook uit de band van Rufus Wainwright en bovendien ex-begeleider van Jeff Buckley. Steve Hogarth zingt ook een stukje mee, en nog wel op een song van Rufus Wainwright! Maar de essentie van de plaat zijn vier epische, lange stukken die voornamelijk rust uitstralen. Natuurlijk ligt de voorliefde voor Genesis, Yes en Renaissance ingebed in de muziek, maar Jason weet heel mooi een popsensibiliteit in de composities te verweven. Daardoor wordt voornamelijk ook de pastorale en meer romantische kant van een band als Genesis benadrukt. Denk hierbij aan bijvoorbeeld het intro van “Firth Of Fifth”.
  • 8. Astra - “The Black Chord” (Metal Blade, 2012)
    “The Black Chord” is het tweede album van de progressieve spacerockgroep Astra. Net als het debuut “The Weirding” (2009) staat deze plaat weer vol zwaar aangezette prog die in het straatje Anekdoten, Hypnos 69 ligt, maar ook raakvlakken vertoont met het oude Black Sabbath of Hawkwind. Het succes van de eerste plaat zorgde voor een contract met het label Metal Blade. Eén ding is zeker: productioneel is de band er absoluut op vooruit gegaan. We gaan luisteren naar de afsluiter van de plaat, het meest proggy nummer, met naast wat Pink Floyd-invloeden een hoog King Crimson-gehalte. Stel je voor dat in 1971 Rick Wakeman niet bij Yes zou zijn gaan spelen, maar tot Black Sabbath was toegetreden. Het resultaat had best wel eens geklonken kunnen hebben zoals Astra nu klinkt. Zware symfonische spacerock waar de riffs, Moogs en Mellontrons je om de oren vliegen. Net als bij voorganger “The Weirding” is het alsof je bij beluistering van “The Black Chord” in een tijdmachine stapt en je veertig jaar terug in de tijd waant. De groep doet er ook alles aan om dat idee te vervolmaken, zelfs de foto's in het boekje zien er uit als gemaakt in die tijd. De muziek klinkt oud, maar toch ook weer niet oubollig maar juist erg energiek. Website: www.astratheband.com.
  • 9. Storm Corrosion - "Storm Corrosion" (roadrunner, 2012) 
    En wederom is er een supergroup gevormd in progland, ditmaal betreft het 't duo Steven Wilson van Porcupine Tree en Mikael Akerfeldt van Opeth. De plaat stond al een tijd in de planning, maar door de volle agenda's van beide heren zien we pas nu een release. Wat we horen is muziek die duidelijk geïnspireerd is op Engelse seventiesprog, maar die tegelijk klinkt als een vervolg op Wilsons vorig jaar verschenen soloplaat “Grace For Drowning”. Samen met het meest recente Opeth-album “Heritage” wordt dit de afsluiter van een drieluik genoemd. Veel drums zal je overigens niet aantreffen op “Storm Corrosion”, al is er wel percussie te horen. De stukken zijn het best te omschrijven als sfeerbeelden. Soms horen we licht gitaargetokkel, met daarbij de breekbare stem van Wilson, dan weer aanzwellende keyboard-akkoorden. Het maakt dit een melancholieke en zelfs minimalistische plaat, die uitermate geschikt is voor de late avond.
  • 10. The Gathering - "Disclosure" (Eigen Beheer, 2012)
    Een band die bijna nooit teleur stelt met een nieuw album is The Gathering. En ook de nieuwe plaat Disclosure toont dat de band weer de grenzen aan het verleggen is. Er waren al 2 nummers voor de officiële release datum voor de fans te downloaden. Dit beloofde veel goeds vooral het lange Heroes For Ghosts met zelfs een stuk trompet was een verassing. Het uiteindelijke album let echter wel een goede balans horn tussen het bekende Gathering geluid en de nieuwe uitstapjes wat ook direct vertrouwd aanvoelde. Kortom een plaat die zeker in een jaarlijst hoort.
  • (10 -1) 11. Anglagard - "Viljars ôga" (eigen beheer, 2012)
    Tja, de band zou dus eigenlijk spelen op het Summers End in Lydney, dus opgewonden werden kaarten besteld, reis geboekt en hotel besproken. En toen... besloot de band niet te gaan, want er waren weer troubles in de gelederen. Dus ik negeerde deze plaat uit frustratie bijna het gehele jaar. Maar nu de jaarlijsten moeten worden gemaakt kan ik er niet onderuit toe te geven dat het toch wel een juweeltje geworden is en dat hij toch wel in het lijstje van dit jaar hoort, maar dan wel een punt aftrek;) Dus net geen top 10! Gelukkig zal de band (wel in een gewijzigde bezetting) weer gaan optreden op o.a. het Prog Resiste Festival.
  • Tja en dan nog een aantal albums die ook zeker het vermelden waard zijn, maar nét niet de top hebben gehaald:

    Maurizio Di Tollo - L'Uomo Trasparente (ARS, 2012)
    “L'Uomo Trasparante”, 'de doorzichtige man', is het solodebuut van Maurizio Di Tollo, die o.a. bij Moongarden, Finisterre, La Maschera Di Cera en Hostsonaten speelt. Het idee was om een vintage progplaat te maken die toch modern klinkt. En daarin is hij behoorlijk goed geslaagd. Het toetsenspel wordt gedomineerd door piano en Moog, aangevuld met heerlijk gitaarspel en lijzige zang. Resultaat is een schoolvoorbeeld van 'de Italiaanse school'.

    Hidden lands - "In our nature" (Progress records, 2012)
    Hidden Lands kan eigenlijk worden gezien als vervolg op Violent Silence, dat in het vorige decennium twee platen uitbracht. Op de drummer na is de line-up identiek, met 2 toetsenisten. Wel is de muziek een stuk symfonischer geworden met duidelijke referenties naar Genesis en soortgenoten. De plaat is doorspekt met lekkere keyboardsolo’s, voor gitaar is er maar een beetje plaats. De band durft zelfs een uitstapje aan naar de meer elektronische kant van het spectrum te maken met een drum 'n' bass-achtig nummer. Het geheel klinkt fris en waar een band als het eveneens Zweedse Carptree nog wel eens een donker sausje over de muziek legt, houd Hidden Lands het luchtig. Toch een verrassend plaatje zo aan het eind van het jaar.

    The Addiction Dream – "Essence"
    De groep The Addiction Dream kan in het hoekje met bands als Gazpacho en Airbag worden geplaatst. Maar The Addiction Dream is wat alternatiever; ook elementen uit de muziek van Radiohead en een beetje van Kraftwerk zijn in het geluid van The Addiction Dream betrokken. Met “Essence” maakt de groep uit Portland, Oregon een album dat vanaf het begin intrigeert. Hypnotiserende zang is heerlijk verwoven met tapijtjes van toetsen en gitaar, waarna een uitbarsting in epische bombast volgt. Een band als Carptree is misschien nog wel de beste referentie. Uitermate goed debuut.

    Steve Thorne - "Crimes & Reason"
    Het vorige album van Steve Thorne, “Into The Ether”, leek bij eerste beluistering een sterk album maar geleidelijk aan groeide het besef dat er iets ontbrak. En nu we opvolger “Crimes & Reasons” op ons hebben kunnen laten inwerken beseffen we dat de songs op “Into The Ether” gewoon net niet sterk genoeg waren. “Crimes & Reasons” knoopt dan ook duidelijk weer aan bij het niveau van Steve Thorne's eerste twee albums: de beide delen “Emotional Creatures”. Groot verschil met die albums is het feit dat Thorne nu nagenoeg alles zelf heeft ingespeeld met uitzondering van wat gitaar- en baspartijen van resp. Tony Levin en Gary Chandler, twee fluitbijdragen van Martin Orford en drumpartijen ingespeeld door Bob White en Nick D'Virgilio. En Thorne laat horen dat hij het ook uitstekend zelf kan zoals bijv. die sterke gitaarsolo aan het slot van “Moth To Flame”.

    Alan Reed - "First In A Field Of One" (2012)
    “Dit is het eerste solo-album van de zanger die 25 jaar het gezicht van Pallas was, waarmee hij revanche neemt op zijn (gedwongen) vertrek bij de band. Het is een interessant en gevarieerd album, waarop Reeds herkenbare stem klinkt in een muzikale diversiteit van proggerelateerde stijlen. Hij wordt terzijde gestaan door toetsenist Mike Stobbie (ex-Pallas), drummer Scott Higham (Pendragon, Caamora) en zangeres Christina Booth (Magenta). Verder speelt Kalle Wallner (RPWL) de schitterende gitaarsolo op "Never Too Late", een Pallas-nummer (van Reed en Stobbie) dat in kortere vorm al te vinden was op SI Magazine Compilation Disc Too. Alan ontpopt zich als een multi-instrumentalist en waagt zich naast zang aan gitaar, bas, toetsen en percussie." (Wilco Barg) Reeds eigen basspel staat opvallend prominent in de mix, alsof hij zijn oud-Pallas-collega Graeme Murray wil verslaan op diens terrein. Gitarist Jeff Green speelt een schitterende gitaarsolo in "Kingdom Of The Blind" die doet denken aan het geluid van Fish-gitarist Frank Usher. "Never Too Late" heeft, mede door Wallners spel, wel iets van Pendragon-op-z'n-warmbloedigst. Het zijn maar twee fijne tracks van een onverwacht sterk album. Alan Reed speelt een akoestische set tijdens het Marillion Weekend 2012 op Port Zélande.

    Locanda Delle Fate - "The Missing Fireflies"
    En zo was er warempel na 25 jaar eindelijk een plaat met de verloren gewaande opnamen voor een tweede album van deze Italiaanse band. Met een kleine 25 minuten aan studio materiaal is het smullen geblazen en we krijgen er ook nog een aantal live-bonus tracks bij. In het kortstondige leven van Locanda Delle Fate werd één plaat opgenomen, voor het grote Polydor nog wel, vol meeslepende symfo zoals alleen Italianen dat kunnen maken. Na dit tot klassieker uitgegroeid album “Forse Le Lucciole Non Si Amano Più” (wat zoiets betekent als 'Misschien zijn de vuurvliegjes niet meer geliefd') uit 1977 verdween Locanda Delle Fate al snel in de obscuriteit. Wel lagen er nog een aantal nummers op de plank die nooit goed waren opgenomen; daar is nu, 35 jaar later, verandering in gekomen. “The Missing Fireflies” bestaat uit vier vergeten juweeltjes, aangevuld met drie live-tracks. Dus helaas geen volwaardig album, maar de muziek maakt veel goed. “La Giostra” is mischien wel een van de mooiste composities van de groep, waarbij er een vette knipoog naar de landgenoten van Banco wordt gedaan.

    Echolyn – "Echolyn"
    Een gelijknamige dubbelaar werd begin dit jaar gepresenteerd. Helaas raakte het album een beetje ondergesneeuwd en ondanks dat het weer hoogstaande progressieve rock is viel deze plaat, niet geheel eerlijk, tussen wal en schip. Eigenlijk hoort die gewoon in de hoogste regionen van een top 10 maar 2012 was voor mij gewoon even geen Echolyn-jaar! Het heeft even geduurd, om precies te zijn 7 jaar, maar in 2012 was er eindelijk dan weer een nieuw album van de Amerikaanse band Echolyn. Dit keer zelfs een dubbelaar hoewel het materiaal eigenlijk ook wel op 1 CD had gepast. Wat bij de eerste luisterbeurt gelijk opviel was het mid-tempo karakter van het album. De band neemt de tijd om de songs te laten ontvouwen en ook het duizelingwekkende karakter van albums als “As The World” en “Cowboy Poems Free” is afwezig. Ook het wel heel erg zware donkere karakter van het vorige album is verdwenen. Wat houden we dan over? Mooie melodieuze songs, rijk gevuld met muzikale details (veel strijkers op dit album) en de herkenbare achtergrondvocalen. Dit is niet een album dat je gelijk bij je strot grijpt maar waarschijnlijk wel eentje die zich in je brein gaat nestelen na meerdere luisterbeurten.

    Harvest - "Chasing Time"
    Afgelopen jaar was Harvest een van de aangename verrassingen van de laatste editie van ProgFarm. Harvest is een Spaanse band met een Nederlandse frontvrouw. Het debuut “Underground Community” (2009) was een lekker in het gehoor liggende melodieuze symfoplaat met de nodige hints naar Marillion. “Chasing Time” borduurt verder op het geluid van de eersteling en geeft de groep een krachtiger eigen geluid. Als kers op de taart vinden we een bloedmooie ballad waarin zangeres Monique van der Kolk met ex-Pallas-zanger Alan Reed zingt en horen we op “In Debris” een slidegitaarsolo van Marillion-gitarist Steven Rothery. Verwacht geen hoge ambities, maar wel heerlijke goed geschreven liedjes.

    Silhouette - "Across The Rubicon"
    Alweer het derde album van deze Utrechtse band, en een plezier voor het oor. Met “Across The Rubicon” bewijst de band dat ze zich kan meten met de top van de Nederlandse prog scene en zeker het niveau haalt van acts als Knight Area en Mangrove. Maar ook met buitenlandse acts als Galleon, of het oude Pendragon. Zoals het hoort klinken de toetsen lekker vet, is er mooi melodieus gitaarspel en een gedegen ritmesectie. Ook de vocalen zijn zeer aangenaam en worden door drie bandleden verzorgd. Muzikaal is de band duidelijk beïnvloed door het oude Marillion, maar weet zeker een eigen stempel op de muziek te drukken.

    Frames - "In Vitae"
    Hoewel nog niet gedraaid bij Xymphonia, zal daar in januari verandering in komen. Dus deze houd je te goed...

    Overhead - "Of Sun and Moon"
    Op het vierde studioalbum van de Finse groep Overhead zijn de songs zijn iets compacter dan op de voorgangers, al hebben ze nog steeds het karakteristieke dat de band zo uniek maakt. Het algehele bandgeluid is ook iets steviger, maar laat dit je niet misleiden: het is doorspekt met ingenieuze melodieën en vaak opzwepende ritmes. Vooral drummer Ville Sjöblom heeft een glansrol naast natuurlijk gitarist Jaakko Kettunen. Toetsenist Tarmo Simonen moet ook zeker genoemd. Hij heeft een behoorlijk unieke geluid en naast het feit dat hij inventieve solo’s speelt is hij met zijn spel sfeerbepalend.