• Maurice Dam

    Top 2017
    Net als 2016 is het afgelopen jaar ook een veelvoud aan releases uitgebracht. Eén band presteerde het zelfs 2 studioalbums uit te brengen. Toch is er niet een album dat er voor mij met kop en schouders bovenuit steekt. Dat maakt het vrij lastig een top 10 te maken: veel zit kwalitatief dicht bij elkaar. Het is ook niet verwonderlijk dat veel titels van mijn lijst ook Album van de Maand zijn geweest. Zo hoorden we afgelopen maand nog het nieuwe album van Soup. Maar ook het Nederlands Sky Architect gooit hoge ogen. Toch heb ik het meeste plezier beleefd aan het nieuwe albums van Anubis maar ook van Brother Ape en komt er op de valreep nog in december een nieuwe Tiger Moth Tales. Eigenlijk is na de top 3 de lijst inwisselbaar en zouden al deze albums een plek 4 verdienen. De lijst kan worden doorgetrokken naar de albums die (net) niet mijn top 10 hebben gehaald waarbij de wat minder bekende bands de gunfactor hebben gekregen.

  • 1. Anubis – The Second Hand (eigen beheer)
    2. Barock Project – Detachment (Artalia)
    3. Soup – Remedies (Crispin Glover Records)
    4. Brother Ape – Karma (Freia)
    5. Riis, Bjørn – Forever Comes To An End (Karisma Records)
    6. Sky Architect – Nomad (Freia)
    7. Isildurs Bane & Steve Hogarth – Colours Not Found In Nature (Ataraxia)
    8. White Willow – Future Hopes (The Laster’s Edge)
    9. Tiger Moth Tales – Depths Of Winter (White Knight Records)
    10. Lifesigns – Cardington (Eigen Beheer)
  • 1. Anubis – The Second Hand (Eigen Beheer)
    Het uit Australië afkomstige Anubis bracht een aantal jaar geleden al het zeer aansprekende “A Tower Struck Down” uit, met de opvolger “Hitchhiking To Byzantium” wist de band het momentum echter niet te verzilveren. Maar met het eind mei verschenen “The Second Hand” maakt men dat ruimschoots goed. Dit vierde Anubis-studio-album is opnieuw gegoten in de vorm van een concept. Het verhaalt over de mediamagnaat James Osbourne Fox, die als gevolg van ernstig hersenletsel verlamd raakt en zo als het ware opgesloten zit in zijn eigen lichaam. Dit confronteert hem met de betrekkelijkheid van het commerciële en maatschappelijke succes dat hij in zijn leven heeft gekend. De muziek van Anubis is niet vernieuwend, maar desondanks valt er voor de neoprogliefhebber veel te genieten. Regelmatig zijn er vergelijkingen te maken met de muziek van IQ en andere neo-proghelden, waarbij Anubis toch een eigen stempel heeft weten te zetten.
    Website: https://www.anubismusic.com/ .

    2. Barock Project – Detachment (Artalia)
    Alweer het 5de album van deze uit Italië afkomstige band. De verwachtingen na het voorgaande album was hooggespannen mede gezien het ontbreken van de emotierijke en licht-theatrale zangkunsten van Luca Pancaldi. Toetsenist, componist en bandleider Luca Zabbini lost dit op door een deel van de nieuwe stukken zelf te zingen. Hij heeft een prettige, maar wel wat dunnere, minder rijke zangstem. Hij heeft voor een aantal stukken de hulp ingeroepen van Alex Mari (die live ook de oude stukken zingt) en Peter 'Tiger Moth Tales' Jones, die we ook al tegen kwamen bij Camel en Red Bazar. Zabbini weet in zijn wervelende composities opnieuw onmiskenbare invloeden van ELP, Genesis en Jethro Tull een frisse draai te geven. Het album is zo lang dat het even duurt voordat alle songs voor je gaan leven, maar na een maand luisteren blijkt het hier opnieuw om een verslavend werkstuk te gaan, waar je niet snel op uitgeluisterd raakt.
    Website: http://www.barockproject.net .
     

    3. Soup – Remedies (Crispin Glover Records)
    Een band die ik aanvankelijk bij de voorgaande albums heb gemist is Soup. Wel bijzonder, gezien de namen die voorbij komen als er over deze Noorse band word geschreven. Groots opgezette symfonische postrock waarbij we moeten denken aan de meer meeslepende songs van Anathema en de muziek van de IJslandse band Sigur Rós. De invloed van de shoegazerrock uit de jaren 80 en 90 is overigens ook niet te ontkennen, wat met name naar voren komt in de heftige gitaarmuren die in Soups songs worden opgetrokken. Zo ook “Remedies”. In eerste instantie was deze alleen als LP+CD verkrijgbaar, maar sinds augustus is er ook een eindelijk een separate CD-uitgave. “Remedies” borduurt voort op de sound van de voorganger. Ook opvallend is dat twee van de vijf songs op het album dik over de 10 minuten gaan. Soup neemt de tijd en speelt met tijd, de songs hebben een wat losser, soms psychedelischer karakter gekregen. Meeslepend album dat liefhebbers van Anathema, Blue Neck en ook Steven Wilson zeker moeten checken. En Soup verdiende er een tweede Album Van De Maand-status op rij mee.
    Website: http://www.soupband.com/.
     

    4. Brother Ape – Karma (FREIA Music)
    Cream, Muse, FM, Rush en Brother Ape hebben allemaal gemeen dat ze 'maar' uit 3 leden bestaan. “Karma” is alweer het zevende album van deze uit Zweden afkomstige band en de eerste die op het Nederlandse label FREIA Music uitkomt. De band is in 2015 al begonnen met werken aan dit album en bracht toen al digitaal een aantal nummers uit. Uiteindelijk werden de acht beste songs voor het album gekozen. Daarnaast is er een deluxe editie met een extra schijf, waarop de overgebleven songs te vinden zijn. “Karma” blijkt een coherent album dat lekker weg luistert. Vanaf de bombastische albumopener “Oblivion” via de ingetogen ballad “Hina Surawa” tot het afsluitende titelnummer. Het is vrij lastig om Brother Ape in een hokje te stoppen. Het ene moment schuurt de muziek tegen de neo-prog aan, een volgend nummer laat de klassieke Rush-stijl horen. Maar ook bands als Led Zeppelin of Muse word door sommige luisteraars terug gehoord. Dit maakt dat de band bij mij hoog in de eindlijst staat.
    Website: www.brotherape.com/ .
     

    5. Riis, Bjørn – Forever Comes To An End (Karisma Records)
    Het werk van Airbag is altijd een beetje langs me heen gegaan en sprong er nooit echt uit. Nu heeft bandleider en gitarist Bjørn Riis afgelopen jaar zijn tweede solo album uit gebracht en dat plaatje kan me zeker bekoren. Het is net als de voorganger een uitgesponnen filmische plaat, vol heerlijk gitaar spel in de beste David Gilmour/Steve Rothery modus. En het is onmogelijk om Porcupine Tree, en dan met name het werk van die band uit de jaren negentig, niet te noemen. Het album begint vrij stevig, maar laat je dat niet op het verkeerde been zetten.
    Website: www.bjornriis.com/ .
     

    6. Sky Architect – Nomad (Freia)
    Een Nederlandse band kan natuurlijk niet ontbreken in mijn lijst. En met recht kan deze band zich meten met de internationale top. “Nomad” is alweer het vierde album van de uit Rotterdam afkomstige band Sky Architect en hoewel initieel het idee was om een album te maken met compactere songs liep het toch weer anders. Afstand maakte het lastig om samen het album te schrijven en op te nemen. Het werd al snel duidelijk dat het complexere werk de band het beste ligt. "Nomad" is niet een album dat al gelijk bij de eerste luisterbeurten zijn geheimen prijs geeft, het heeft even nodig om echt in je brein te settelen. Maar als dat eenmaal is gebeurd, valt er veel te genieten. Zoals gezegd, Sky Architects sound is stevig zonder dat het overigens is dicht geplamuurd. De beide gitaristen Ton Luchies en Wabe Wieringa (de laatste tekent ook voor de productie van het album) vullen elkaar prima aan. De ritmesectie met bassist Guus van Mierlo en drummer Christiaan Bruin legt een solide basis, hoewel de productie wel een beetje het subtiele van hun spel, zoals dat live te horen is, eruit heeft gehaald. Toetsenist Rik van Honk kleurt de boel mooi in maar staat ook ritmisch zijn mannetje op een wijze zoals we dat van de vroege Gentle Giant-albums kennen getuige het album opener “Wasteland”. Naar mate het album vordert word je dieper meegezogen en heeft “Nomad” het effect dat ook de albums van bijvoorbeeld het Amerikaanse Astra heeft en is er zeker een verwantschap wat duidelijk hoorbaar is in het slotnummer “Into Singularity”. Hierin tekent Van Honk ook nog eens voor de bugelsolo aan het slot, waarmee dit nummer qua sfeer wel wat weg heeft van de muziek van de Zweedse band Anekdoten.
    Website: http://skyarchitect.squarespace.com/ .
     

    7. Isildurs Bane & Steve Hogarth – Colours Not Found In Nature (Ataraxia)
    Na de samenwerking op een van de IB Expo-evenementen die door Isildurs Bane worden georganiseerd, kwam het toch als een verrassing dat er een volwaardig album kwam met Steve Hogarth, de voorman van Marillion. Het album is een mooie samensmelting geworden. Wie het live wil aanschouwen krijgt een kans. Isildurs Bane en Hogarth zullen op Night Of The Prog in Sankt Goarshausen spelen in juli.
    Website: https://www.facebook.com/ibexpo/ .
     

    8. White Willow – Future Hopes (The Laser’s Edge)
    White Willow is ruim 22 jaar actief en heeft in die tijd 7 albums afgeleverd. Bepalend voor het geluid van de Noorse band is bandleider/hoofd-componist Jacob Holm-Lupo en zijn eigen muzikale invloeden, die nogal divers genoemd kunnen worden. Folk, progrock, AOR, heavy metal, filmmuziek, elektronische muziek en altijd ook Blue Öyster Cult: het zijn allemaal bestanddelen van de grote White Willow-smeltkroes. Het is dan ook bij ieder album weer een verrassing welke van die ingrediënten komen bovendrijven. Voor album nummer 7 lijkt het adagium 'back to the future' van toepassing. Daar waar voorganger “Terminal Twilight” een echte retro-symfonische sfeer had en Holm-Lupo's ode was aan Genesis-toetsenist Tony Banks, klinkt “Future Hopes” weer een stuk moderner, maar dan modern zoals we in de jaren 80 dachten dat modern zou zijn. Retro-futuristisch kunnen we dat nu noemen. Veel vette analoge synths met een hoofdrol voor de befaamde Yamaha CS80 synthesizer. En daarmee is het album ook een ode aan de man die dat instrument zo fenomenaal wist te gebruiken: Vangelis. Die kamerbrede toetsenpartijen worden vervolgens regelmatig doorsneden door Holm-Lupo's fel klinkende gitaarwerk en vooruitgestuwd door het percussieve drumwerk van Mattias Olsson. Nieuw binnen White Willow is zangeres Venke Knutson, hoewel ze 4 jaar geleden ook al zong bij Holm-Lupo's andere project The Opium Cartel. Haar engelachtige stem zweeft heerlijk boven de muziek, iets wat overigens echt een handelsmerk van White Willow is. Met "Future Hopes" heeft White Willow wederom een schitterende parel aan een al indrukwekkende ketting van albums geregen.
    Website: https://www.facebook.com/whitewillowband/ .

    9. Tiger Moth Tales – Depths Of Winter (White Knight Records)
    Zo aan het eind van het jaar nog een aangename verrassing, dit derde album van Tiger Moth Tales. Daar waar zijn eerste twee albums, “Cocoon” en “Storytellers”, een grote mate van speelsheid in zich hadden, is “The Depths Of Winter” wat serieuzer. “Exposure” handelt bijvoorbeeld over de barre omstandigheden gedurende de winter aan het front in de Eerste Wereldoorlog. “Winter Maker”, met als solist gitarist Luke Machin (The Tangent, Maschine), handelt over mensen die de winter moeten zien te overleven in de barre poolstreek. Het is overigens niet allemaal kommer en kwel op dit album, want het instrumentale “Sleigh Ride”brengt geheid een glimlach te weeg, al was het maar omdat je je gaat bedenken op welk album van Steve Hackett dit nummer eigenlijk zou horen. Muzikaal is er gelukkig weinig veranderd: Genesis is nog steeds niet ver weg zonder overigens dat het een regelrechte pastiche word. Doordat op een tweetal tracks een kleine brassband meespeelt, moeten we natuurlijk ook wel een beetje aan Big Big Train denken. Met “The Depths Of Winter” heeft Tiger Moth Tales een album afgeleverd dat als een warme deken om je heen valt; een muzikaal hartverwarmend geheel in deze donkere dagen.
    Website: http://www.tigermothtales.com/ .

    10. Lifesigns – Cardington (eigen beheer)
    Het tweede album van Lifesigns borduurt voort op het geluid van de eerste. John Young en zijn band hebben echter wel de tijd genomen en niet zomaar een kopie van het eerste album gemaakt. Er hebben zich daarbij ook wat bezettingswisselingen voorgedaan. “Cardington” luistert op eerste gehoor lekker weg en naarmate je de plaat vaker draait, wordt je er in meegezogen.
    Website: http://www.lifesigns.me .
  • Geen Big Big Train dus in mijn top 10. Ondanks dat het wederom een hoogstaand kwalitatief album is geworden heeft het bij mij niet de impact die de voorgangers hadden. Mayra Orchestra haalt ook ondanks het stempel Album van de Maand mijn eind lijst niet. Het nieuwe album van Steven Wilson heeft ook de nodige discussie doen opwaaien. Het is opnieuw een fijn album en de wijziging van koers spreekt mij zeker aan.

    11 t/m 20
    Steven Wilson – To The Bone (Caroline International)
    Hidden Lands – Halcyon (Progress Records)
    Horisont – About Time (Century Media)
    Big Big Train – Grimspound (English Electric Recordings)
    Big Big Train – The Second Brightest Star (English Electric Recordings)
    Mayra Orchestra – Oracle (Butler Records)
    Styx – The Mission (Universal)
    Dave Kerzner – Static (eigen beheer)
    Damanek – On Track (GEP)
    Roger Waters – Is This The Life We Really Want? (Columbia)